Nieuws maart 2017

mrt 30, 2017
|
Ingezonden door: super
|
Categorie: Actualiteiten

Het wetsvoorstel uitfasering pensioen in eigen beheer is aangenomen -  Wonen in het buitenland en aftrekposten claimen in Nederland? - Gebruik politiecamera’s voor controle rittenadministratie niet toegestaan

Het wetsvoorstel uitfasering pensioen in eigen beheer is aangenomen

Zoals bekend, heeft het kabinet op Prinsjesdag 2016 voorgesteld om het pensioen in eigen beheer voor de directeur-grootaandeelhouder (dga) uit te faseren. Hiertegenover staat dat dga’s in 2017, 2018 of 2019 de mogelijkheid krijgen om de opgebouwde pensioenaanspraak eerst fiscaal geruisloos af te stempelen tot de lagere fiscale balanswaarde en de aanspraak vervolgens met korting af te kopen, of om te zetten in een oudedagsverplichting.

De voor 20 december 2016 geplande stemming over het wetsvoorstel in de Eerste Kamer werd op het allerlaatste moment uitgesteld, nadat de staatssecretaris signalen had gekregen dat belastingplichtigen kosten en lasten in verband met (toekomstige) indexatie van opgebouwde pensioenaanspraken in eigen beheer bij afkoop of omzetting ineens ten laste van de winst wilden brengen.

Novelle uitfasering pensioen in eigen beheer

Nader onderzoek heeft uitgewezen dat deze vrees ongegrond is. Sterker nog, de staatssecretaris was bij nader inzien zelfs van mening dat de aftrekbeperking te stringent is. Daarom is op 23 januari 2017 een wijzigingsvoorstel (‘novelle’) bij de Tweede Kamer ingediend, waardoor wettelijk verplicht geactiveerde kosten en lasten die samenhangen met een pensioenaanspraak in eigen beheer bij afkoop alsnog ineens in aanmerking mogen worden genomen. Wanneer de pensioenaanspraak wordt omgezet in een oudedagsverplichting mogen deze kosten in gelijke jaarlijkse delen worden afgetrokken, waarbij het aantal delen wordt gesteld op het aantal gehele jaren dat degene aan wie de pensioenaanspraak was toegekend op het omzettingstijdstip is verwijderd van de leeftijd van 87 jaar.

Inwerkingtreding pensioenmaatregelen

De Tweede Kamer heeft de wijziging van het oorspronkelijke wetsvoorstel op 9 februari 2017 aanvaard. Vervolgens heeft de Eerste Kamer op 7 maart 2017 ingestemd met het gehele pakket maatregelen (inclusief de novelle).

De wet treedt in werking op de eerste dag van de eerste kalendermaand na publicatie in het Staatsblad, derhalve vermoedelijk per 1 april 2017. Aan de overige pensioenmaatregelen die als gevolg van dit uitstel later goedgekeurd zijn, zoals de versoepeling van de pensioeningangsdatum, het vervallen van het doorwerkvereiste en het loslaten van de 100%-grens, wordt overigens terugwerkende kracht tot 1 januari 2017 toegekend.

 

Wonen in het buitenland en aftrekposten claimen in Nederland?

Een belastingplichtige die in meerdere landen inkomen geniet, behalve in zijn woonstaat, moet ook in meerdere landen naar evenredigheid aanspraak kunnen maken op aftrekposten in het kader van zijn persoonlijke en gezinssituatie. Het Hof van Justitie EU (HvJ EU) heeft op 9 februari 2017 geoordeeld dat Nederland de hypotheekrenteaftrek op pro rata basis moet toekennen aan een buitenlands belastingplichtige die 60% van het gezinsinkomen in Nederland verdient.

De feiten en omstandigheden

In 2007 woonde belastingplichtige, die de Nederlandse nationaliteit heeft, in Spanje. Hij beschikte daar over een eigen woning. Belastingplichtige verdiende 60% van zijn wereldinkomen in Nederland en 40% ervan in Zwitserland. In Spanje verdiende hij geen belastbare inkomsten. In Spanje kon de belastingplichtige geen aftrekpost claimen, omdat hij er geen inkomen verdiende. Welk land moet hem tegemoetkoming verlenen nu er sprake is van twee werkstaten?

Volgens het HvJ EU is met name relevant dat de woonstaat, waar geen inkomen wordt verdiend, niet in staat is rekening te houden met de persoonlijke en gezinssituatie van belastingplichtige. Dit beïnvloedt de draagkracht van de belastingplichtige. Die reden rechtvaardigt al dat de werkstaat, of werkstaten, naar evenredigheid rekening moeten houden met persoonlijke aftrekposten. In onderhavige kwestie betekent dit dat Nederland voor 60% van de hypotheekrente in aftrek moet toestaan. Omdat Zwitserland geen EU-lidstaat is, hoeft dat land niet op grond van EU-recht naar rato rekening te houden met persoonlijke aftrekposten. Dit was waarschijnlijk anders geweest wanneer de resterende 40% in een andere EU-lidstaat was verdiend.

Gevolgen van het arrest

Het arrest heeft verstrekkende gevolgen. Nederland moet, wanneer een buitenlands belastingplichtige geen inkomsten van betekenis heeft in zijn EU-woonstaat, ten minste naar rato rekening gaan houden met de persoonlijke aftrekposten van die belastingplichtige. De Nederlandse wetgeving is daar echter nog niet op ingericht en mogelijk leidt dit voor de uitvoeringspraktijk tot complicaties. Belastingplichtigen die nu echter aanspraak kunnen maken op gedeeltelijke aftrek, moeten zo snel mogelijk actie ondernemen.

 

Gebruik politiecamera’s voor controle rittenadministratie niet toegestaan

Indien een ter beschikking gestelde auto ook voor privédoeleinden mag worden gebruikt, dan is de werkgever verplicht om het voordeel van dat gebruik bij het loon van de werknemer te tellen. Deze bijtelling hoeft niet plaats te vinden indien kan worden aangetoond dat de auto op jaarbasis niet meer dan 500 kilometer voor privédoeleinden wordt gebruikt. Hoewel hiervoor een vrije bewijsleer geldt, blijkt in de praktijk dat de Belastingdienst alleen een sluitende rittenadministratie accepteert.

Controle rittenadministratie

Voor de controle op deze rittenadministratie is door de belastingdienst in de afgelopen jaren frequent gebruik gemaakt van gegevens die afkomstig waren van beelden van politiecamera’s. Aanvankelijk kon de belastingdienst over deze gegevens beschikken op basis van een op 26 januari 2011 gesloten convenant met de politie. Deze afspraken hielden in dat de politiegegevens die door zogenoemde ANPR-camera’s (Automatic Number Plate Recognition) werden geregistreerd ter beschikking stelde aan de belastingdienst, waarna deze de fiscaal relevante waarnemingen eruit filterde en bewaarde. De overige registraties werden verwijderd. Op 28 oktober 2014 is een nieuw convenant gesloten, op grond waarvan de Belastingdienst rechtstreeks als medegebruiker van op de openbare weg geplaatste ANPR-camera’s wordt aangemerkt. Ook onder het nieuwe convenant geldt overigens dat alleen fiscaal relevante waarnemingen worden bewaard.

Conclusie A-G

Enige tijd geleden heeft Advocaat-Generaal Niessen geconcludeerd dat het gebruik van politiecamera’s voor belastingdoeleinden onder het sinds 28 oktober 2014 geldende convenant niet is toegestaan, omdat de belastingdienst niet over een wettelijke bevoegdheid zou beschikken om zelfstandig gegevens van APNR-camera’s te gebruiken voor controledoeleinden. Met name het systematisch vastleggen en bewaren van deze gegevens vormt volgens de A-G een ongeoorloofde inbreuk op het recht op privacy als bedoeld in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).

Hoge Raad

Recentelijk heeft de Hoge Raad de conclusie van de Advocaat-Generaal bevestigd. De Hoge Raad gaat zelfs nog een stap verder en oordeelt dat ook het gebruik van camerabeelden die onder het oude convenant (d.d. 26 januari 2011) aan de belastingdienst ter beschikking zijn gesteld niet is toegestaan. Het systematisch verzamelen, vastleggen, bewerken en jarenlang bewaren van ANPR-gegevens maakt inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van belastingplichtigen, aangezien deze gegevens tot een bepaalde persoon kunnen worden herleid en als doel hebben om inzicht te krijgen in de voertuigbewegingen gedurende een jaar.

Zo’n inbreuk is alleen gerechtvaardigd indien een voldoende precieze wettelijke grondslag aanwezig is. Hieruit moeten burgers kunnen opmaken welke gegevens worden vastgelegd, voor welke doeleinden deze mogen worden gebruikt, alsmede de voorwaarden die aan dit gebruik verbonden zijn. Daar ontbreekt het volgens de Hoge Raad echter aan. De conclusie is dat de belastingdienst geen gegevens van ANPR-camera’s mag gebruiken voor de controle van door belastingplichtigen overlegde rittenadministraties. 

Past de belastingdienst een bijtelling privé gebruik auto toe op basis van gegevens gebaseerd op ANPR-camera’s teken dan bezwaar aan tegen de correctie. De belastingdienst mag deze beelden op basis van bovenstaand Hoge Raad arrest niet gebruiken. Wil de belastingdienst alsnog een bijtelling privé gebruik auto toepassen dan dient zij met ander bewijs te komen.

 

Geplaatst op 30 maart 2017